Wijzigingen Arbeidsomstandighedenwet per 1 juli 2017


Basiscontract arbodienstverlening

Het basiscontract arbodienstverlening is wettelijk verplicht. In het basiscontract moeten de afspraken over de inhoud van de arbodienstverlening worden vastgelegd. Als het huidige contract met de arbodienstverlener niet aan de nieuwe wettelijke eisen per 1 juli voldoet, is er één jaar tijd om dat contract aan de nieuwe wettelijke eisen aan te pakken.

a. Deskundige ondersteuning voor vijf taken

Voor de volgende vijf taken moet de werkgever zich laten bijstaan door een deskundige.

Die taken zijn:

 

Is alléén een basiscontract mogelijk?

Het contract met de arbodienstverlening zal altijd aan de bovengenoemde vijf wettelijke eisen moeten voldoen. Maar, er is meer mogelijk in de vorm van de z.g. vangnetregeling en de maatwerkregeling. Op grond van die regelingen kan de werkgever voor het bedrijf het arbodienstverleningspakket samenstellen. Deze regelingen maken het mogelijk, dat de werkgever een contract sluit waarbij, naast de genoemde wettelijke eisen, geregeld wordt dat de bedrijfsarts onafhankelijk kan werken, privacygevoelige gegevens zijn gewaarborgd, de kerndeskundigen onderling afstemmen en dat de multidisciplinaire samenwerking tussen interne en externe deskundigen wordt gefaciliteerd.

 

 

Kerndeskundigen

Kerndeskundigen zijn bedrijfsarts, arbeidshygiënist, hogere veiligheidskundige en arbeids- en organisatiedeskundige.

De bedrijfsarts is kerndeskundige voor het verrichten van medisch onderzoek bij ziekteverzuimbegeleiding, arbeidsgezondheidskundig onderzoek en bij aanstellingskeuringen.

De bedrijfsarts of de arbeidshygiënist of de hogere veiligheidskundige of de arbeids- en organisatiedeskundige moet de RI&E toetsen.

De bedrijfsarts

Zoals hierboven is aangegeven, is de bedrijfsarts een kerndeskundige in de arbodienstverlening. Per 1 juli 2017 krijgt deze kerndeskundige meer bevoegdheden. Die bevoegdheden zijn:

 

Rol van de preventiemedewerker

Elk bedrijf moet tenminste één preventiemedewerker in dienst hebben die de maatregelen die zijn gericht op gezond en veilig werken in het bedrijf kan uitvoeren. Voor de functie van preventiemedewerker kan een medewerker worden aangesteld, die dit naast zijn hoofdwerkzaamheden verricht en daarvoor voldoende tijd heeft. In bedrijven met maximaal 25 werknemers mag de directeur van het bedrijf tevens preventiemedewerker zijn. Slechts in het geval er geen mogelijkheden zijn om de preventiemedewerker binnen het bedrijf, organisatie of instelling te vinden, mag iemand van buiten het bedrijf als preventiemedewerker worden aangesteld.

 

Handhaving en toezicht

De Inspectie SZW krijgt de bevoegdheid om handhavend op te treden. Handhaving en inspectie hebben zowel betrekking op werkgever, arbodienstverlener en bedrijfsarts. Dit zal plaatsvinden in de vorm van oplegging van een boete. De werkgever kan een boete worden opgelegd, indien hij geen schriftelijk contract met een arbodienstverlener of bedrijfsarts heeft. Ook als de werkgever niet beschikt over een schriftelijke RI&E kan hem een boete worden opgelegd. Als de arbodienstverlener of de bedrijfsarts geen klachtenprocedure heeft, kan de arbodienstverlener of bedrijfsarts een boete worden opgelegd. Aan de bedrijfsarts kan een boete worden opgelegd indien deze een beroepsgebonden aandoening niet meldt bij het Nederlands centrum voor Beroepsziekten (NCvB).

 

 

share